GRADEN
Een vrijmetselaar begint zijn maçonnieke loopbaan in de eerste graad. Hij wordt leerling. Je wordt gevraagd om lid te worden, of bied je jezelf aan voor het lidmaatschap. Er zijn inhoudelijke criteria waaraan je moet voldoen.
Over het lidmaatschap wordt gestemd. En er moet een bijzonder grote consensus bestaan, opdat een kandidaat wordt aanvaard. Eenmaal de kandidaat is aanvaard begint zijn vrijmetselaarsloopbaan. Zijn officiële opname in de loge verloopt via de ritus voor opname van een leerling. Dit is een ceremoniële handeling met vaste voorschriften die een symbolische betekenis heeft. Ondertussen ontvangt de leerling de nodige achtergrondinformatie en instructie. De leerling ontvangt dan ook de uiterlijke tekenen, die bij zijn graad passen: een wit schootsvel met flap naar binnen geplooid, en witte handschoenen. De leerling heeft de symbolische leeftijd van drie jaar. De leerling is een volwaardige vrijmetselaar. Omdat hij wordt ingewijd als leerling vrijmetselaar Maar hij bezit nog niet de kennis over alle rechten en plichten.
LEERLING
Eerste Graad
GEZEL
Tweede Graad
Na verloop van tijd wordt een leerling bevorderd tot gezel, na stemming. Opnieuw wordt zijn opname in de tweede graad op ceremoniële wijze voltrokken. Hij ontvangt opnieuw de uiterlijke tekenen die horen bij zijn graad. De flap van het schootsvel wordt in deze graad naar buiten geplooid. De gezel heeft de symbolische leeftijd van vijf jaar.De gezel heeft als plicht zichzelf verder te ontwikkelen. Voor zichzelf een evenwicht te zoeken tussen verstand en gevoel en te trachten betekenis te geven aan zijn bestaan en voor anderen.
MEESTER
Derde Graad
Na verloop van tijd wordt een gezel tot meester verheven, na stemming. Opnieuw wordt zijn opname in de derde graad op ceremoniële wijze voltrokken. Hij ontvangt opnieuw de uiterlijke tekenen die horen bij zijn graad. De meester heeft de symbolische leeftijd van zeven jaar. De meester is volwaardig vrijmetselaar. Hij bezit alle rechten en plichten.
In principe is daarmee de formele inwijding beëindigd. Vanaf dit moment blijft de meester in zijn graad, en begint aan een carrière binnen de loge. Hij maakt zich verdienstelijk in bestuursfuncties en kan volwaardig deelnemen aan het maçonnieke leven.
De opeenvolging van graden is geen automatisme, dat na verloop van tijd plaatsvindt. In principe moet tijdens het ganse proces, dat enkele maanden tot jaren kan duren, steeds opnieuw worden getuigd van vooruitgang. En van een vrijmetselaar wordt verwacht dat hij dit proces tot een vast levenspatroon maakt, en zijn ganse leven blijft vooruitgaan.